“Drinkwater raakt op: rivieren straks te vuil om nog te zuiveren” kopte de Telegraaf op de voorpagina op woensdag 3 oktober naar aanleiding van het RIVM/Deltares rapport over de effecten van klimaatverandering op de waterkwaliteit bij innamepunten voor drinkwater. Vier Delftse onderzoekers (TU Delft en UNESCO-IHE) menen dat het zo’n vaart niet zal lopen. Het rapport houdt volgens hen te weinig rekening met de héle watercyclus en met de Nederlandse innovatiekracht op het gebied van drinkwater- en afvalwaterzuivering. Wij hebben in Nederland het beste kraanwater ter wereld, ook nog in 2050.
Als onderdeel van het Deltaprogramma Zoetwater heeft RIVM/Deltares onderzoek gedaan naar de effecten van klimaatverandering op de waterkwaliteit bij innamepunten voor drinkwater. Ze concluderen dat in 2050, bij aanname van een zeer droog jaar ‘en snelle klimaatverandering’, het water in het Rijn- en Maasstroomgebied in droge periodes niet geschikt is voor drinkwaterbereiding. Zo zal er door verminderde regenval in de toekomst minder water aanwezig zijn in de rivieren om de concentraties aan nieuwe verontreinigingen, zoals hormonen en geneesmiddelen, te verdunnen. Hierdoor, concluderen de onderzoekers, worden de waterkwaliteitsnormen overschreden bij bijna alle innamepunten. Voor deze berekeningen is er gebruik gemaakt van KNMI klimaatscenario’s. Hoewel het KNMI geen kansen toekent aan deze scenario’s, is de kans op een combinatie van droog jaar (eens per 10 jaar) en snelle klimaatsverandering (het verst gaande scenario van de 4) niet groot. Dit neemt niet weg dat veilig drinkwater te allen tijde beschikbaar moet zijn, dus wordt het zuivere Nederlandse kraanwater, al is het maar een beetje, inderdaad bedreigd?
Uit de berekeningen blijkt dat de kwaliteit van het rivierwater door klimaatverandering achteruit zal gaan, resulterend in mogelijke normoverschrijding van innamepunten. In het rapport wordt echter de suggestie gewekt dat een normoverschrijding van het rivierwater ook direct tot normoverschrijding in het drinkwater kan leiden, maar niets is minder waar. Drinkwaterbedrijven en kennisinstellingen lopen voorop om zuiveringen te wapenen tegen de verontreinigingen van de toekomst. Sterker nog, bedrijven hanteren overwegend lagere normconcentraties voor stoffen in het door hen geproduceerde drinkwater dan de wettelijke norm. In het RIVM/Deltares rapport wordt volledig voorbijgegaan aan de technologische ontwikkelingen bij de drink- en afvalwaterbedrijven. Zo zijn drinkwaterbedrijven druk bezig met het aanpassen van hun zuivering met nieuwe technieken, zoals membraanfiltratie en geavanceerde oxidatie. Net als het klimaat zal de waterzuivering van 2050 er niet hetzelfde uitzien als vandaag.
Al zijn drinkwaterzuiveringen op de toekomst voorbereid, maar dit neemt niet weg dat het beschermen van onze drinkwaterbronnen van cruciaal belang is. Nieuwe verontreinigingen, zoals hormonen, antibiotica, MTBE (een additief voor benzine) en cosmetica, bereiken het oppervlaktewater door industrie, landbouw en huishoudens. Dit kan voorkomen worden door afval- en industriewater beter te zuiveren, wat onder invloed van Europese regelgeving continu verbetert, maar ook door te voorkomen dat deze stoffen in het riool terecht komen. Het is dus van belang om het probleem aan te pakken bij de bron, de gebruiker, en niet te wachten tot de stof de watercyclus bereikt heeft. Er zijn nu al rioolwaterzuiveringsinstallaties in Nederland die schoner water lozen dan het gemiddelde Rijnwater. En ook nieuwe ontwikkelingen op dit gebied zullen de wereld tot 2050 veranderen. Onder de noemer ‘nieuwe sanitatie’ wordt onderzocht hoe urine, waarin de meeste hormonen en medicijnresten zich concentreren, duurzaam gescheiden kan worden van de rest van het afvalwater. Het mes snijdt hierbij aan twee kanten: minder afvalstoffen in het oppervlaktewater en betere mogelijkheden voor terugwinning van grondstoffen en energie uit het overgebleven afval.
Het rapport van RIVM/Deltares vraagt terecht aandacht voor de toekomst en het belang onze drinkwatervoorziening voor komende generaties veilig te houden. Maar ook de watertechnologische ontwikkelingen staan niet stil, tot 2050 staan ons ongetwijfeld nog veel innovaties te wachten die de scenario’s voor de rivierwaterkwaliteit wel eens flink zouden kunnen beïnvloeden.
Dr.ir. Doris van Halem (TU Delft)
Dr.ir. Marie-Claire ten Veldhuis (TU Delft)
Dr. ir. Mariska Ronteltap (UNESCO-IHE)
Dr.ir. Miriam Coenders (TU Delft)
Allen zijn lid van de Delft Urban Water ThinkTank
Update 04/10: Op de site van WaterForum is inmiddels een reactie verschenen op dit stuk van directeur Harry Römgens van RIWA-Maas, de vereniging van waterbedrijven die uit rivierwater drinkwater produceren: Extra maatregelen nodig voor toekomstige drinkwatervoorziening